Woningdelen is een goede manier voor veel jongeren, studenten en starters om nog enigszins betaalbaar in onze stad te wonen. Daarnaast hebben veel jongeren er behoefte aan om samen met anderen in de stad te wonen.
Om in de toekomst te zorgen voor een prettige leefomgeving, richten we de stad in op een veranderend klimaat. Zo zijn we beter bestand tegen heftige stormen of hete zomers.
Een goed thuis is onmisbaar. En toch kampt onze stad als gevolg van jarenlange rechtse politieke keuzes met een wooncrisis. Het is voor steeds meer Amsterdammers onmogelijk geworden om een betaalbare woning te vinden. Huurprijzen zijn onbetaalbaar. Een huis kopen is voor starters en mensen met een gemiddeld inkomen bijna onbereikbaar. De gemeente grijpt daarom in daarom in voor betere volkshuisvesting en heeft de afgelopen drie jaar vergaande maatregelen genomen. Huizen zijn om in te wonen, niet om geld aan te verdienen.
De kamernood onder studenten is groot. We bouwen 10.000 studentenwoningen bij om het woningentekort aan te pakken.
In Amsterdam hebben we erfpacht. Dit systeem is in 1896 ingevoerd als een manier om samen te delen in het succes van de stad. Door grond in erfpacht uit te geven, konden meer mensen een huis bouwen. Je betaalde voor het gebruik van de grond, want die grond is van ons allemaal. Erfpacht leidt er daardoor toe dat een deel van de waardevermeerdering van woningen terugvloeit aan de gemeenschap. Want de stad is niet van individuen, die maken wij samen.
We spreken daarom af met corporaties dat zij geen woningen verkopen of liberaliseren in wijken waar het aandeel sociale huur onder de grens van 40 procent dreigt te komen. Elke woning die uit de sociale huurvoorraad verdwijnt, wordt gecompenseerd in een wijk die al onder die grens zit.
Ondanks beperkingen vanuit het kabinet kiezen we in Amsterdam voor betaalbare woningen. We gaan voor meer sociale en middeldure huur, inclusief hoge eisen op het gebied van duurzaamheid en circulair.